‘Van deze proef hangt alles af. Als dit lukt, kan ik verder, kan ik een nieuw leven beginnen: drinken, vechten, neuken, naar zee gaan, in havens werken, in de nacht langs de dokken zwerven, rossen, rijden, vloeken, met mannen verbroe¬deren, vrouwen versieren, een groot arts worden – in het buitenland uiteraard. Het hele verdomde leven als een sappige vrucht langs mijn kin laten druipen, merde, in ieder geval alles zijn, behalve braaf en aangepast uit levensangst.’